Ontslag op staande voet – de samengestelde dringende reden

Wil een beroep op een ontslag op staande voet slagen, moet er (onder meer) worden voldaan aan de eisen van het aanwezig zijn van een reden die, gegeven de omstandigheden, zowel objectief als subjectief voldoende dringend is om een ontslag met onmiddellijke ingang te rechtvaardigen. Het is daarbij aan de partij die zich op een dringende reden beroept om bij betwisting te bewijzen dat er een dringende reden is en dat aan de vereisten voor een beroep daarop is voldaan.

Indien een werknemer op staande voet ontslagen op grond van meerdere redenen, gaat het om een  zogenaamde ‘samengestelde dringende reden’. Dit betekent dat alle afzonderlijke verwijten dienen komen vast te staan, wil geoordeeld kunnen worden dat het ontslag op staande voet terecht is gegeven.

Eerdere gedragingen van [werknemer] kunnen niet meetellen bij de beoordeling van de gegrondheid van een ontslag opstaande voet, indien die eerdere gedragingen niet tegelijk met de opzegging zijn genoemd als mede redengevend. In beginsel is de ontslaggrond gefixeerd met de redenen die bij de opzegging zijn genoemd.

Dit is hoogstens anders indien [werknemer] dat had moeten begrijpen (zie het arrest van de Hoge Raad van 12 december 1986, NJ 1987, 905). Op grond van vaste rechtspraak omtrent de ‘samengestelde dringende reden’ zal het ontslag ondanks een niet komen vaststaan van een gedeelte van het aan het ontslag op staande voet ten grondslag liggende feitencomplex kunnen gelden als te zijn verleend om een dringende, onverwijld medegedeelde reden, indien
a) het vorenbedoeld gedeelte op zich zelf beschouwd wel kan gelden als een dringende reden voor ontslag op staande voet,
b) de werkgever heeft gesteld en ook aannemelijk is, dat hij de werknemer ook op staande voet zou hebben ontslagen, indien hij – anders dan hij blijkens de ontslagaanzegging meende – daarvoor niet meer grond zou hebben gehad dan in rechte is komen vast te staan en
c) dit laatste voor de werknemer in het licht van de gehele inhoud van die aanzegging en de overige omstandigheden van het geval ook duidelijk moet zijn geweest (zie HR 1 september 2006, JAR 2006, 228 en HR 16 juni 2006, JAR 2006, 171). (bron.www.rechtspraak.nl)

Hebt u omtrent ontslag op staande voet verdere vragen of behoefte aan direct advies of rechtsbijstand, kunt u altijd telefonisch contact opnemen met onze arbeidsrecht advocaten. Dit gaat snel en u krijgt direct een van onze advocaten aan de telefoon. Bel ons op 030 252 35 20. Een eerste telefonisch advies is kosteloos.