De toekomstige Wet Kwaliteitsborging voor het Bouwen

Op 14 mei 2019 nam de Eerste Kamer de Wet Kwaliteitsborging voor het Bouwen (hierna: ‘Wkb’) aan. Deze wet brengt wijzingen aan in de Woningwet, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en het BW en heeft ten doel de bouwkwaliteit en het bouwtoezicht te verbeteren. In dit blog zal de invoering en algemene inhoud van deze wet verder worden toegelicht.

Vanaf begin 2022 zal de Wkb gefaseerd ingaan en hiermee de manier van toetsen en controle van de kwaliteit van bouwprojecten veranderen. De wet heeft 3 doelen: een verbeterde (borging van de) bouwkwaliteit, een verbeterde positie van de consument en het stimuleren van de kwaliteitsverbetering en faalkostenvermindering. Hiertoe wordt het proces voor vergunningverlening door de Wkb opgedeeld in twee componenten: de ruimtelijke en bouwtechnische component. De ruimtelijke component blijft liggen bij de gemeente. De gemeente toetst de ingediende vergunningsaanvraag aan het omgevingsplan en maakt lokale risico’s en aandachtspunten kenbaar. De bouwtechnische component zal niet langer slechts bestaan uit de beoordeling van een bouwplan, maar daarnaast moet door de (eventuele) vergunninghouder een onafhankelijke kwaliteitsborger worden ingeschakeld. Dit zijn onafhankelijke, private kwaliteitscontroleurs die controleren of een gebouw voldoet aan de wettelijke technische eisen uit onder andere het Bouwbesluit. Dit doen ze zowel tijdens het onderwerpproces als tijdens de bouw. Bij de oplevering zal een verklaring van een dergelijke kwaliteitsborger vereist zijn voor uiteindelijke ingebruikname. Door deze component bij private partijen neer te leggen, wordt het bouw- en woningtoezicht dat gemeenten nu uitvoeren een taak van marktpartijen. De gemeente blijft wel verantwoordelijk voor het toezicht op de bestaande bouw, de omgevingsveiligheid en handhavende taken. Ook kan de gemeente de bouw stilleggen als zij of  de kwaliteitsborger een probleem ziet.

Vervolgens worden ook de verantwoordelijkheden en aansprakelijkheden van aannemers versterkt. De aannemer draagt de verantwoordelijkheid voor de gevolgen van gebreken in de bouw die hij zelf heeft veroorzaakt en hem toe te rekenen zijn. De klant kan de aannemer verplichten om deze fouten te repareren. Zelfs als de klant deze gebreken pas later ontdekt. Ook moet de aannemer de klant informeren over hoe hij zich heeft verzekerd tegen faillissement en risico’s op schade en gebreken.

Daarbij moet de aannemer bij de oplevering van het bouwwerk een dossier aan zijn opdrachtgever overhandigen met daarin alle relevante informatie betreffende het bouwwerk. Dit dossier bevat gegevens en bescheiden die volledig inzicht geven in de nakoming van de overeenkomst. Denk hierbij aan tekeningen en berekeningen betreffende het tot stand gebrachte bouwwerk en bijbehorende installaties, beschrijvingen van de toegepaste materialen en installaties, de gebruiksfuncties van het bouwwerk en alle gegevens en bescheiden die nodig zijn voor het gebruik en onderhoud van het bouwwerk.

De uitbreiding van de verantwoordelijkheden en aansprakelijkheden van aannemers gaat direct gelden vanaf 1 januari 2022. Andere delen van de Wkb gaan echter gefaseerd in vanaf 1 juli 2022. De wet zal eerst toegepast worden op bouwwerken die vallen onder ‘gevolgklasse 1’. Dit zijn ‘eenvoudige’ bouwprojecten uit de laagste risicoklasse. Hieronder vallen bijvoorbeeld (eengezins)woningen, woonboten en simpele bedrijfspanden. De gevolgen als niet wordt voldaan aan bouwtechnische voorschriften zijn hierbij beperkt en dus de gevolgen bij falen van de wet ook. Na 3 jaar wordt vervolgens beoordeeld of de Wkb ook ingevoerd kan worden voor andere bouwwerken met een hogere risicograad (gevolgklassen 2 en 3).

Voor nu wordt er in ieder geval al proefgedraaid met de wet. Een aantal bouwprojecten werkt al met de nieuwe bouwregelgeving van de Wkb. Tot 1 juli 2022 zullen deze ‘pilotprojecten’ worden uitgevoerd bij ongeveer 10% van de eenvoudigere bouwwerken. Als dit goed (blijft) verlopen, zal de wet vanaf 1 juli 2022 officieel stapsgewijs ingevoerd worden.