Ontslag advocaat | verzoek ontbinding arbeidsovereenkomst met leraar

Ontslag advocaat. Verzoek ontbinding arbeidsovereenkomst. Verweerder is leraar volwasseneneducatie MBO. Er is sprake van een langdurig dienstverband. Tegen de achtergrond van de bovenwettelijke WW-regeling in het onderwijs ziet de kantonrechter, gelet op de inspanningen van de werkgever, geen aanleiding om een vergoeding toe te kennen.

Zoekt u een ontslag advocaat of heeft u vragen omtrent ontslag of behoefte aan direct advies of rechtsbijstand? Dan kunt u altijd direct en kosteloos contact opnemen met onze advocaten. Dit gaat snel en u krijgt direct een ontslag advocaat aan de telefoon. Bel ons nu op 030 252 35 20. Een eerste telefonisch advies is altijd kosteloos.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Sector kanton

Locatie: Brielle

Beschikking ex artikel 7:685 Burgerlijk Wetboek

in de zaak van:

de stichting
Stichting Onderwijs,
gevestigd te Rotterdam,
verzoekster,
gemachtigde: mr. X,

tegen

[verweerder],
wonende te [woonplaats],
verweerder,
gemachtigde: mr.Y.

Verzoekster wordt aangeduid als “ABC College” en verweerder als “[verweerder]”.

1. Het verloop van de procedure

De kantonrechter heeft kennisgenomen van de volgende processtukken:

1. verzoekschrift met bijlagen,
2. verweerschrift met bijlagen.

De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 22 juni 2010. Partijen en gemachtigden zijn verschenen. De griffier heeft van het verhandelde aantekening gehouden. Op verzoek van de kantonrechter hebben de gemachtigden ieder nog een brief aan hem gezonden. Mr. Snijders heeft de kantonrechter per brief van 23 juni 2010 bericht. Mr. Hennink heeft per brief van 1 juli 2010 gereageerd.

2. De vaststaande feiten

[verweerder], geboren op [geboortedatum], is met ingang van 1 augustus 2001 als docent in dienst getreden van ABC College. Zijn salaris bedraagt laatstelijk € 4.098,50 bruto, te verhogen met 8% vakantietoeslag en 8,33% eindejaarsuitkering. Op het dienstverband is van toepassing de CAO Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie (BVE).

3. Het verzoek

Het verzoek luidt als volgt:

“… met het eerbiedig verzoek de tussen partijen bestaande arbeidsovereenkomst wegens de daarvoor aangevoerde gewichtige redenen onmiddellijk, althans met ingang van een door U Edelachtbare Vrouwe/Heer Kantonrechter in goede justitie vast te stellen datum, te ontbinden, waarbij verzoekster mag lijden dat daaraan een vergoeding wordt verbonden langs de lijnen van het bepaalde in de Bovenwettelijke Werkloosheidsregeling Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie, kosten rechtens.”

4. Het verweer

De conclusie van het verweerschrift luidt als volgt:

“[verweerder] meent, dat het verzoek van ABC College afgewezen dient te worden. Indien het verzoek toegewezen mocht worden, verzoekt [verweerder] U EA aan hem een schadevergoeding toe te kennen, waarbij de C-factor binnen de kantonrechtersformule aanzienlijk hoger is dan 1.”

5. De beoordeling

Inleiding

5.1. Partijen voeren over en weer de nodige stellingen aan, deels aan de hand van producties. De kantonrechter zal hun argumenten hierna beoordelen, voorzover zij althans relevant blijken voor de uitkomst van de procedure.

Opzegverbod

5.2. [verweerder] heeft zich vanaf 14 april 2010 ziek gemeld. Hij beroept zich op het opzegverbod wegens ziekte. De kantonrechter honoreert dit beroep niet. Gesteld noch gebleken is dat het verzoek te maken heeft met de huidige arbeidsongeschiktheid van [verweerder].

Veranderde omstandigheden

5.3. Beoordeeld dient te worden of zich veranderde omstandigheden voordoen die maken dat de arbeidsovereenkomst billijkheidshalve dadelijk of na korte tijd behoort te eindigen. ABC College voert daartoe, kort en zakelijk weergegeven, het volgende in het verweerschrift aan.

“Al sinds 2002 is sprake van moeizame verhoudingen tussen de heer [verweerder] en diens leidinggevenden en collega’s. De heer [verweerder] ging er daarbij steevast van uit, dat ieder ander dan hij schuld had aan situaties waarin hij verzeild was geraakt.” “In 2003/2004 is de heer [verweerder] gedetacheerd geweest als docent bij de ICT Academie. Ook hier deden zich al spoedig problemen voor met leidinggevenden en collega’s.” “In februari 2004 heeft de heer [verweerder] zijn werkzaamheden op de nieuwe locatie te Spijkenisse aangevangen. Al ras deed zich evenwel een herhaling van zetten voor, te weten regelmatig -hoog oplopende- conflicten tussen de teamleider, docenten en ondersteunend personeel enerzijds en de heer [verweerder] anderzijds.” “In de jaren 2005-2009 is de heer [verweerder] vanuit de Branche Toeleiding gedetacheerd geweest bij de Branche Horeca en Toerisme (…) en in de Praktijk Leerhaven Schiecentrum (…). Ook die plaatsingen liepen evenwel uit op een regelrecht fiasco: de heer [verweerder] meldde zich met de regelmaat van de klok -en vaak gedurende lange aaneengesloten periodes- ziek (…), hij kwam vaak te laat op het werk, zijn lessen waren inhoudelijk beneden de maat, het contact met leerlingen liet te wensen over en ook op die locaties deden zich veelvuldig conflicten met zijn manager en collega’s voor.” “Vanaf april 2008 was de heer [verweerder] aanvankelijk werkzaam op de locaties Schiedam (…), Hellevoetsluis en Rozenburg (…) in de Branche Toeleiding, welke laatste twee locaties op een steenworp van zijn woning liggen; vanaf diezelfde datum werd zijn manager en enig aanspreekpunt mevr. (…). Met name op de locatie Schiedam deden zich evenwel al snel dezelfde problemen voor als op de andere locaties waar de heer [verweerder] werkzaam was geweest, te weten hoog oplopende conflicten met zijn leidinggevenden en collega’s. Bovendien ontving Albeda klachten over het veelvuldig te laat op het werk arriveren, het niet voorbereiden van lessen (…) en het onder werktijd werkzaamheden ten behoeve van zijn eigen ICT bedrijf (verkoop van computers) verichtten. Bovendien heeft een school zich beklaagd over het onverzorgde uiterlijk en onfris ruiken van de heer [verweerder].” “Hoe gespannen de arbeidsverhoudingen inmiddels zijn blijkt uit het uitvoerige verslag van het op 17 maart 2009 met betrokkene gevoerde gesprek (…) waarin de (…) problemen zijn verwoord. De heer [verweerder] geeft af op zijn leidinggevende(n) – zo stelt hij dat [teamleider] (teamleider Hellevoetsluis) een cursus “omgaan met mensen” moet volgen – en reageert fel als hij wordt geconfronteerd met het gegeven dat hij enerzijds stelt zo moe te zijn en anderzijds heel veel tijd stopt in – gehonoreerde – privé activiteiten. Hij meent een “superdocent” te zijn, terwijl de problemen tussen hem en zijn collega’s volgens zijn vriendin – een Braziliaanse (…) psychologe – te wijten zouden zijn aan jaloezie. Opvallend is ook de passage “[A] vraagt [B] ook eens naar zich zichzelf te kijken. Hij denkt dat iedereen je wil tegenwerken maar dat is niet zo. [B] geeft (daarop) aan zijn dossier te willen inzien (…).”

5.4. Albeda brengt in het geding gespreksverslagen, verzuimoverzichten, correspondentie van de bedrijfsarts, correspondentie met [verweerder] en een uitdraai van de website van VaarbewijsBrielle.nl, het eigen bedrijf van [verweerder] waar cursussen kunnen worden gevolgd.

5.5. [verweerder] verweert zich, kort en zakelijk weergegeven, als volgt. Veel van de problemen zijn te wijten aan zijn zwakke gezondheid. Hij is een bevlogen docent die hierdoor echter niet goed uit de verf komt. Alle andere verwijten worden door hem betwist. Opvallend is dat Albeda geen verslagen van functioneringsgesprekken in het geding brengt. [verweerder] legt een verslag van een beoordelingsgesprek d.d. 2 oktober 2006 over. Daaruit vloeit voort dat zijn functioneren voldoende tot goed is te noemen. “Hij wordt voor bevordering voorgedragen, onder meer omdat hij een hoge mate van verantwoordelijkheidsbesef heeft ten opzichte van de cursisten, bereid is tot inzet en tot initiatief. Het rapport zegt, dat [verweerder] eind 2006 een hele goede docent is, waar het ABC College blij mee is.” Dit ontkracht alle kritiek van voor 2006. [verweerder] wijst er op dat hij een groot belang heeft bij het voortzetten van het dienstverband. Ontbinding staat gelijk aan permanente werkloosheid. De betaalde nevenactiviteiten doet hij voor zijn plezier. De inkomsten staan niet in verhouding tot zijn inspanningen.

5.6. De kantonrechter oordeelt als volgt. Gelet op de klachten die door ABC College gemotiveerd en aan de hand van bescheiden worden gedocumenteerd is wel duidelijk dat enige zinvolle voortzetting van het dienstverband niet tot de mogelijkheden behoort. Er is sprake van veranderde omstandigheden. Daaraan doet niet af dat [verweerder] deze klachten (deels gemotiveerd) betwist. Aldus wordt de arbeidsovereenkomst ontbonden.

Vergoeding

5.7. Beoordeeld dient te worden of aan [verweerder] een vergoeding naar billijkheid toekomt. Wat er ook zij van het mogelijke gelijk van ieder van partijen betreffende de aangehaalde incidenten en aanvaringen geldt het volgende. Rode lijn in het verhaal is dat ABC College elke keer weer heeft geprobeerd gedurende de loop der jaren via herplaatsing, coaching, het aanstellen van een nieuwe leidinggevende e.d. [verweerder] regulier te laten functioneren. Het is de kantonrechter duidelijk geworden dat het telkenmale mislukken van deze pogingen bepaald niet aan ABC College is te wijten. Dat zou ook raar zijn omdat ABC College uitsluitend belang heeft bij goed functionerende docenten en niet zit te wachten op een dergelijke jarenlange strijd met een van hen. Hooguit zou ABC College kunnen worden “verweten” dat zij wel heel lang is doorgegaan met dit traject. De goede beoordeling uit 2006 doet hieraan niet af nu uit de stukken blijkt dat gedurende de jaren nadien hetzelfde patroon van daarvoor zich voortzet.

5.8. Anders dan [verweerder] aanvoert is onvoldoende komen vast te staan dat de problemen zijn veroorzaakt door zijn zwakke gezondheid. Dit is onvoldoende gedocumenteerd. Zelfs al zou daar wel sprake van zijn dan kan, gelet op hetgeen door ABC College gedocumenteerd is aangevoerd, niet worden gezegd dat zij daarmee geen rekening heeft willen houden.

5.9. [verweerder] voert aan dat ontbinding tot permanente werkloosheid zal leiden. De kantonrechter overweegt dat dit door hem niet wordt gesubstantieerd. Wel is natuurlijk een feit van algemene bekendheid dat er sprake is van een economische crisis en relatief hoge werkloosheid. Dat alles neemt niet weg dat het risico op gedwongen werkloosheid niet zoveel gewicht in de schaal legt dat om deze reden tot een vergoeding zou moeten worden besloten. Gelet op hetgeen hiervoor onder 5.7. is overwogen is wel duidelijk dat [verweerder] zich meer had moeten inspannen om zijn huidige baan te behouden.

5.10. Een en ander wordt overwogen tegen de achtergrond dat [verweerder] aanspraak kan maken op de Bovenwettelijke Werkloosheidsregeling op grond van de CAO BVE, hetgeen door de kantonrechter in de beslissing zal worden verstaan. Dit betekent dat geen vergoeding zal worden opgelegd.

Intrekkingstermijn

5.11. Bovenstaande houdt eveneens in dat geen intrekkingstermijn ten gunste van ABC College behoeft te worden vastgesteld.

Proceskosten

5.12. Partijen dienen de kosten van de procedure voor eigen rekening te houden.

6. Beslissing

De kantonrechter:

ontbindt de arbeidsovereenkomst tussen partijen met ingang van 1 augustus 2010 wegens veranderde omstandigheden,

bepaalt dat aan [verweerder] geen vergoeding toekomt,

verstaat dat [verweerder] recht heeft op de Bovenwettelijke Werkloosheidsregeling op grond van de CAO BVE,

bepaalt dat partijen de proceskosten ieder voor eigen rekening moeten houden,

wijst af het meer of anders verzochte.

(bron: www.rechtspraak.nl)