Immateriële schadevergoeding

Immateriële schade is nadeel dat niet in vermogensschade bestaat

In artikel 6:106 lid 1 BW is bepaald

Voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat, heeft de benadeelde recht op een naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding:

a             indien de aansprakelijke persoon het oogmerk had zodanig nadeel toe te brengen;

b             indien de benadeelde lichamelijk letsel heeft opgelopen, in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast;

c              indien het nadeel gelegen is in aantasting van de nagedachtenis van een overledene en toegebracht is aan de niet van tafel en bed gescheiden echtgenoot, de geregistreerde partner of een bloedverwant tot in de tweede graad van de overledene, mits de aantasting plaatsvond op een wijze die de overledene, ware hij nog in leven geweest, recht zou hebben gegeven op schadevergoeding wegens het schaden van zijn eer of goede naam.

Wat is een naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding?

Uit de parlementaire geschiedenis blijkt dat de wetgever bij de redactie van art. 6:106 BW voor ogen stond dat de rechter een grote vrijheid heeft bij de begroting van immateriële schade, waarbij de rechtbank niet is gebonden aan de gewone regels van stelplicht en bewijslast.

Rekening moet worden gehouden met alle omstandigheden van het geval, zoals de aard en ernst van de psychische stoornis, maar ook omstandigheden die niet zien op de ernst van het geleden nadeel, zoals daar zijn de wederzijdse stand en fortuin van partijen en de mate van schuld (Parl. Gesch. Boek 6, p. 388).

Ook bij de vaststelling van de immateriële schadevergoeding is vergoeding van de werkelijk geleden schade uitgangspunt.

Hebt u omtrent schadevergoeding juridische verdere vragen of behoefte hebben aan direct advies of bijstand, kunt u altijd kosteloos contact opnemen met ons advocatenkantoor. Telefonisch contact gaat snel en u krijgt direct een van onze advocaten aan de telefoon. Wij zijn specialist op dit terrein. Bel ons nu op 030 252 35 20. Een eerste telefonisch advies is altijd kosteloos.

(bron: www.rechtspraak.nl)