Ontzegging stemrecht lid VvE

Ontzegging stemrecht lid VvE

In bijzondere gevallen is het mogelijk dat van een lid van een Vereniging van Eigenaren het stemrecht wordt ontzegd voor een specifiek te nemen besluit in de algemene vergadering. Dat dit ook het geval kan zijn wanneer deze mogelijkheid niet is opgenomen in de splitsingsakte- of reglement, volgt uit de uitspraak van de rechtbank Limburg (locatie Maastricht) van 5 december 2015. Daar speelden de volgende omstandigheden.

Verzoeker is lid van de VvE van een appartementencomplex. Hij vraagt de kantonrechter een besluit van de VvE te vernietigen wegens strijd met de redelijkheid en billijkheid. Daarnaast vraagt hij om ontzegging van het stemrecht van een ander lid van de VvE. In dit geval heeft het andere lid (een stichting) 284 stemmen van de in totaal 336 stemrechten en zodoende een absolute meerderheid van stemmen. Daarnaast heeft de stichting een eigen belang bij het in stand houden van het besluit. Het bestreden besluit ziet namelijk op het wijzigen van de beheerder van het complex naar de stichting zelf (het andere lid), die daar economisch bij gebaat is.

Art. 2:12 BW bepaalt dat door de statuten het stemrecht voor bepaalde besluiten kan worden ontzegd aan een (rechts)persoon die te nauw bij dat besluit is betrokken (bijvoorbeeld vanwege beïnvloeding door persoonlijke belangen). De mogelijkheid tot ontzegging van het stemrecht is voor het eerst in het Modelreglement van 2006 opgenomen. In de modelreglementen van voor die datum is deze statutaire bepaling dus niet opgenomen. In deze casus kon verzoeker zich daarom ook niet beroepen op een bepaling in het reglement ter zake.

Ondanks het ontbreken van een dergelijke juridische basis voor de ontzegging van het stemrecht, heeft de kantonrechter het verzoek echter toegewezen. De kantonrechter heeft zijn oordeel gemotiveerd door erop te wijzen dat het gebruik door de stichting van haar absolute meerderheid van stemmen in dit geval in strijd is met de redelijkheid en billijkheid die art. 2:8 BW voorschrijft. Om die reden vernietigt de kantonrechter het besluit en ontzegt hij de stichting stemrecht indien er in de algemene vergadering van de VvE een voorstel voorligt om met de stichting een beheerovereenkomst aan te gaan.

De uitspraak is te vinden via ECLI:NL:RBLIM:2015:9607.