Voeren van de handelsnaam ‘De Smaak Van Twente’ en de daaraan gelijkende domeinnaam is in strijd met artikel 5 Handelsnaamwet

Feiten
In 2007 hebben eisers de handelsnaam “De Smaak Van …” in het handelsregister van de Kamer van Koophandel ingeschreven. De website van eisers met de domeinnaam desmaakvan.com staat sinds 4 maart 2008 op naam van eisers en wordt sindsdien ook daadwerkelijk gebruikt voor de website.

Gedaagden hebben de handelsnaam “De smaak van Twente” op 1 april 2011 ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Daarnaast hebben zij op 19 januari 2011 de domeinnamen desmaakvantwente.nl en smaakvantwente.nl geregistreerd.

Eisers stellen dat gedaagden door het gebruik van de handelsnaam “De smaak van Twente” en de domeinnamen desmaakvantwente.nl en smaakvantwente.nl in strijd met artikel 5 Handelsnaamwet handelen.

Oordeel voorzieningenrechter
1. spoedeisendheid
Allereerst oordeelt de voorzieningenrechter dat het spoedeisend belang is gelegen in de aard van de zaak. Een eventuele inbreuk duurt namelijk voort.

2. Inbreuk artikel 5 handelsnaamwet
In rechtsoverweging 4.2. start de voorzieningenrechter zijn oordeel met het volgende wettelijke uitgangspunt:
Op grond van het bepaalde in artikel 5 Hnw is het verboden een handelsnaam te voeren, die, vóórdat de onderneming onder die naam werd gedreven, reeds door een ander rechtmatig werd gevoerd, of die van diens handelsnaam slechts in geringe mate afwijkt, een en ander voor zover dientengevolge, in verband met de aard der beide ondernemingen en de plaats waar zij zijn gevestigd, bij het publiek verwarring tussen de ondernemingen is te duchten.

Gedaagden betwisten dat eisers de handelsnaam “De Smaak Van …” voeren, zij stellen dat de handelsnaam “De Smaak Van…. Creatieve Catering” en andere variaties hierop door eisers worden gebruikt.

De voorzieningenrechter oordeelt dat gelet op de website van eisers en de reclame tekst(en) op de bestelbus van eisers de constante handelsnaam “De Smaak Van …” door eisers wordt gevoerd. Anders dan gedaagden stellen is de voorzieningenrechter van oordeel dat, omdat soms de woorden ‘creatieve catering’ worden toegevoegd aan de handelsnaam, dit niet wil zeggen dat de handelsnaam “De Smaak Van … creatieve catering” is. Creatieve catering is een beschrijvende toevoeging en daarnaast wordt vaak ook enkel de naam “De Smaak Van …” gebruikt. De handelsnaam van eisers is aldus: “De Smaak Van …”.

Verder staat volgens de voorzieningenrechter vast dat eisers de handelsnaam, “De Smaak Van …”, langer voeren dan gedaagden en de handelsnaam van gedaagden (“De smaak van Twente”) in geringe mate afwijkt van de handelsnaam van eisers.

Tot slot dient de voorzieningenrechter, op grond van artikel 5 handelsnaamwet, te beoordelen of de geringe mate waarin de handelsnaam van gedaagden afwijkt van de handelsnaam van eisers in verband met de aard van de beide ondernemingen en de plaats waar zij gevestigd zijn, tot gevolg heeft dat bij het publiek verwarring tussen de ondernemingen te duchten is.
Voorwaarde daarbij is dat de handelsnaam van eisers voldoende onderscheidend vermogen heeft.

In rechtsoverwegingen 4.7 t/m 4.10 oordeelt de voorzieningen rechter dat:
1. de naam “De Smaak Van…” voldoende onderscheidend vermogen heeft en dat geen sprake is van een beschrijving van de activiteiten van de ondernemingen van partijen;
2. onder andere uit de informatie op de websites van partijen blijkt dat de aard van de ondernemingen in grote mate overeenkomen;
3. beide partijen actief zijn in Twente, het standpunt van gedaagden dat zij enkel actief zijn in Almelo en het platteland van Enschede acht de voorzieningenrechter niet aannemelijk.

De voorzieningenrechter oordeelt aldus dat het voeren van de handelsnaam ‘De Smaak VanTwente’ en de daarop gelijkende domeinnamen in strijd is met artikel 5 Handelsnaamwet.
Het door eisers gevorderde wordt toegewezen voor zover het staking van de openbaarmaking van de websites – welke gekoppeld zijn aan bovengenoemde domeinnamen – betreft. De overdracht van de domeinnamen wordt niet bevolen aangezien eisers na toewijzing van het vorenstaande daar geen belang meer bij hebben.

Door: mr. Petra de Bruijn
Bron: DomJur 2013-1019

———————————————————————————————————
[….]
Beoordeling rechtbank:
Handelsnaamrecht
4.2 Op grond van het bepaalde in artikel 5 Hnw is het verboden een handelsnaam te voeren,
die, vóórdat de onderneming onder die naam werd gedreven, reeds door een ander
rechtmatig werd gevoerd, of die van diens handelsnaam slechts in geringe mate afwijkt, een
en ander voor zover dientengevolge, in verband met de aard der beide ondernemingen en de
plaats waar zij zijn gevestigd, bij het publiek verwarring tussen de ondernemingen is te
duchten.
4.3 Voorop wordt gesteld dat een handelsnaam, gelet op artikel 1 Hnw, de naam is
waaronder men feitelijk handelt, de naam die naar buiten toe wordt gebruikt als aanduiding
van de onderneming. Door gedaagden wordt betwist dat eisers gebruik maken van de
handelsnaam “De Smaak Van …”. Volgens gedaagden gebruiken eisers de handelsnaam
“De Smaak Van… Creatieve Catering”, en andere variaties hierop.
4.4 De voorzieningenrechter overweegt als volgt. Uit verschillende in het geding gebrachte
stukken zoals de uitdraaien van de website van eisers (www.desmaakvan.com), de
reclametekst op de bestelbus van eisers (Heeft u De Smaak Van al te pakken) en
verschillende offertes van eisers volgt dat eisers als constante naam voor hun onderneming
“de Smaak Van …” gebruiken. Aan de naam “De Smaak Van …” wordt regelmatig de
woorden “creatieve catering” toegevoegd. Anders dan gedaagden stellen volgt hieruit echter
niet dat als handelsnaam “De Smaak Van … creatieve catering” gevoerd wordt. De woorden
“creatieve catering”, die telkens in een ander lettertype onder de woorden “De Smaak Van”
worden weergegeven, moeten eerder als een beschrijvende aanduiding worden gezien. Op
de website wordt bovendien op verschillende plekken de handelsnaam “De Smaak Van …”
zonder enige toevoeging gebruikt. Zo wordt er op verschillende plekken gesproken van het
team van De Smaak Van. De voorzieningenrechter oordeelt dan ook dat eisers hun
onderneming onder de handelsnaam “De Smaak Van …” drijven.
4.5 Voorts is niet in geschil dat eisers hun handelsnaam al voerden voordat gedaagden de
handelsnaam “De Smaak van Twente” zijn gaan gebruiken. Verder wordt vastgesteld dat de
handelsnaam “De Smaak van Twente” slechts in geringe mate afwijkt van de handelsnaam
“De Smaak Van …”, nu het dominerende en kenmerkende deel van de handelsnamen (De
Smaak van) op het gebruik van een hoofdletter na identiek is.
4.6 Vervolgens is de vraag aan de orde of de geringe mate waarin de handelsnaam
“De Smaak van Twente” afwijkt van de handelsnaam “De Smaak Van…”, in verband met de
aard der beide ondernemingen en de plaats waar zij gevestigd zijn, tot gevolg heeft dat bij het 4
publiek verwarring tussen die ondernemingen te duchten is, dat wil zeggen gevaar voor
verwarring bij het publiek kan doen ontstaan. Voorwaarde is daarbij wel dat de handelsnaam
van eisers voldoende onderscheidend vermogen heeft.
4.7 Kenmerkend voor het handelsnaamrecht is dat aan het onderscheidend vermogen lage
eisen worden gesteld en in beginsel iedere aanduiding, ook indien beschrijvend, mits als
handelsnaam gevoerd, voor bescherming in aanmerking komt. Volgens vaste jurisprudentie
wordt de grens van de bescherming van beschrijvende handelsnamen wel bereikt als de
gevraagde bescherming zou leiden tot monopolisering van algemeen beschrijvende woorden,
zodanig dat anderen die niet meer zouden kunnen gebruiken als aanduiding van hun
onderneming. De voorzieningenrechter oordeelt dat bij de handelsnaam “De Smaak Van …”
er, anders dan door gedaagden gesteld, geen sprake is van een beschrijving van de
activiteiten van de ondernemingen van partijen. Van een ongeoorloofde monopoliserende
werking is dus geen sprake.
4.8 Partijen verschillen van mening over de mate waarin de aard van de ondernemingen
overeen komt. De voorzieningenrechter oordeelt hierover als volgt. Gedaagden hebben zich
weliswaar op het standpunt gesteld dat zij zich anders dan eisers in het geheel niet bezig
houden met activiteiten die betrekking hebben op catering, maar uit de uitdraaien van de
website van gedaagden volgt dat ook gedaagden zich bezig houden met onder andere
catering voor bedrijven én particulieren. Ook volgt uit de website van
“De Smaak Van …” en uit de website van “De Smaak van Twente” dat beide ondernemingen
actief zijn op culinaire evenementen en dat beide ondernemingen relatiegeschenken en
kerstpakketten aanbieden. Verder wordt er op de website van
“De Smaak van Twente” aangekondigd dat er voor het eind van het jaar een winkel geopend
wordt in het centrum van Enschede. “De Smaak Van …” exploiteert een culinaire shop in
Almelo. Naar aanleiding van het voorgaande oordeelt de voorzieningenrechter dat
aannemelijk is geworden dat de activiteiten van beide ondernemingen in grote mate
overeenkomen.
4.9 Ten aanzien van de plaats waar de ondernemingen gevestigd zijn hebben gedaagden
aangevoerd dat eisers hun klanten veelal in Almelo hebben en eisers zich richten op klanten
op het platteland rondom Enschede, maar ook op klanten in Enschede. Eisers hebben zich
op het standpunt gesteld dat beide partijen actief zijn in Twente. De voorzieningenrechter
oordeelt dat aannemelijk is geworden dat de activiteiten van eisers zich niet beperken tot een
klantenkring in Almelo maar dat deze zich uitstrekt over heel Twente. De
voorzieningenrechter komt dus tot het oordeel dat beide partijen actief zijn in Twente.
4.10 Gelet op het vorenstaande is er dan ook gevaar voor verwarring te duchten. Het
relevante publiek kan gemakkelijk in de veronderstelling komen dat er een bedrijfsmatige
band bestaat tussen de ondernemingen van eisers en gedaagden. Dit leidt tot de conclusie
dat het gebruik van de handelsnaam “De smaak van Twente” in strijd is met het bepaalde in
artikel 5 Hnw. Overigens is het gebruik van de woorden “de smaak van” niet in strijd met
artikel 5 Hnw als deze gebruikt worden voor de beschrijving van een product. Slechts gebruik
als handelsnaam wordt in strijd geacht met artikel 5 Hnw. De vorderingen onder 1. en 2.
zullen worden toegewezen.
4.11 Over de vordering onder 3., die ziet op de openbaarmaking van de websites
www.desmaakvantwente.nl en www.smaakvantwente.nl, wordt het volgende overwogen. Met
het gebruik van deze websites wordt eveneens inbreuk gemaakt op het handelsnaamrecht
van eisers. De vordering onder 3. wordt daarom ook toegewezen.
4.12 Over de vordering onder 4, die ziet op de overdracht van
de domeinnamen en , wordt het
volgende overwogen. Nu gedaagden zullen worden veroordeeld om de openbaarmaking van
de websites www.desmaakvantwente.nl en www.smaakvantwente.nl te staken en gestaakt te
houden hebben eisers geen proportioneel belang meer bij toewijzing van deze vordering.
Eisers hebben ter zitting nog aangevoerd dat toewijzing van deze vordering een vorm van
schadevergoeding betreft. De voorzieningenrechter oordeelt dat voor toewijzing van een 5
dergelijke schadevergoeding in kort geding geen plaats is nu onvoldoende vast is komen te
staan wat de mate van de eventueel geleden schade is. De vordering onder 4. zal dan ook
worden afgewezen.
Dwangsom
4.13 De gevorderde dwangsom zal worden toegewezen. Wel zal aan de dwangsom een
maximum van € 250.000,– worden verbonden.
Termijn waarbinnen bodemprocedure aanhangig moet worden gemaakt
4.14 In verband met het bepaalde in artikel 1019i Rv zal de voorzieningenrechter de redelijke
termijn waarbinnen een bodemprocedure aanhangig moet worden gemaakt stellen op zes
maanden na het wijzen van dit vonnis.
Proceskosten
4.15 Gedaagden zullen als de overwegend in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld
in de kosten van het geding. Ten aanzien van de hoogte van die kosten overweegt de
voorzieningenrechter als volgt.
4.16 Eisers hebben met een beroep op artikel 1019h Rv veroordeling van gedaagden
gevorderd tot vergoeding van de werkelijk gemaakte kosten, die blijkens de door eisers
overgelegde facturen en specificaties in totaal een bedrag van € 10.504,25 belopen. Artikel
1019h Rv is de implementatie van artikel 14 van Richtlijn 2004/48/EG van 29 april 2004
betreffende de handhaving van intellectuele eigendomsrechten. Deze richtlijn neemt als
uitgangspunt dat de redelijke en evenredige gerechtskosten en andere kosten die de in het
gelijk gestelde partij heeft gemaakt, door de verliezende partij zullen worden gedragen, tenzij
de billijkheid zich daartegen verzet. De termen ‘redelijk en evenredig’ en ‘billijkheid’ geven
hierbij aan dat de veroordeling in de proceskosten enerzijds afhankelijk is van de complexiteit
van de vordering en anderzijds van de mate van verwijtbaarheid van de inbreuk. Voorts
dienen de gevorderde kosten tijdig te worden opgegeven en gespecificeerd zodat de
wederpartij zich daartegen naar behoren kan verweren (HR 30 mei 2008, NJ 2008,556).
4.17 Om te beoordelen wat onder redelijke en evenredige gerechtskosten en andere kosten
moet worden verstaan, wordt aansluiting gezocht bij de ‘Indicatietarieven in IE-zaken’.
Volgens deze tarieven zijn in eenvoudige kort gedingen kosten ter hoogte van maximaal
€ 6.000,– redelijk en evenredig te noemen. In de onderhavige zaak moet worden geoordeeld
dat de vordering niet als gecompliceerd kan worden aangemerkt, nu de intellectuele
eigendomsrechtelijke aspecten van deze zaak van eenvoudige aard zijn. Het bedrag dat door
de advocaat van eisers aan kosten wordt gevorderd, komt
te hoog voor. De door eisers gevorderde kosten worden tot een bedrag van € 6.000,– redelijk
en evenredig geoordeeld en toegewezen. De kosten aan de zijde van eisers worden derhalve
begroot op totaal € 6.690,94, bestaande uit:
– dagvaardingskosten € 101,94
– vast recht € 589,–
– salaris advocaat € 6.000,–.
De beslissing
De voorzieningenrechter:
I. veroordeelt gedaagden om binnen vier werkdagen na betekening van dit vonnis elk gebruik
van de aanduiding DE SMAAK VAN in hun handelsnamen of anderszins, of enig daarmee
overeenstemmend teken voor culinaire activiteiten en daaraan verwante activiteiten, te staken
en gestaakt te houden;
II. veroordeelt gedaagden om binnen dertig dagen na dagtekening van dit vonnis haar
statutaire handelsnaam op eigen kosten te wijzigen via een notaris en de inschrijving van
haar (statutaire) handelsnaam in het handelsregister zodanig te wijzigen dat daarin de
aanduiding DE SMAAK VAN niet meer voorkomt;6
III. veroordeelt gedaagden om binnen zeven dagen na betekening van dit vonnis de
openbaarmaking van de websites www.desmaakvantwente.nl en www.smaakvantwente.nl te
staken en gestaakt te houden;
IV. veroordeelt gedaagden, hoofdelijk tot betaling van een dwangsom van € 1000,–, voor elke
dag of deel daarvan dat gedaagden niet voldoen aan de onder I. II. en III. genoemde
veroordelingen, met een maximum van € 250.000,–;
V. stelt de termijn als bedoeld in artikel 1019i Rv vast op zes maanden vanaf de dag van het
wijzen van dit vonnis;
VI. veroordeelt gedaagden in de kosten van dit geding, tot op deze uitspraak aan de zijde van
eisers begroot op € 690,94 aan verschotten en € 6000,– aan salaris van de advocaat.
VII. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad.
VIII. wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen te Almelo door mr. M.M. Verhoeven, voorzieningenrechter, en
uitgesproken ter openbare terechtzitting van 18 december 2013, in tegenwoordigheid van de
griffier.