Wanneer kan een arbitraal vonnis vernietigd worden?

Een mogelijkheid voor partijen om hun geschil buitengerechtelijk af te doen, is door het geschil voor te leggen aan een arbitragecommissie. Deze commissie bestaat uit arbiters, door de partijen zelf aangewezen scheidsrechters, die in plaats van de rechter een uitspraak doen. Net als in een normale procedure voor de rechter, wordt een geschil dat is voorgelegd aan een arbitragecommissie gestart met een schriftelijke eis van de eiser, waarop de wederpartij met een schriftelijk verweer reageert. Na een eventuele tweede schriftelijke ronde worden beide partijen op zitting gehoord, waarin de partijen hun standpunten mondeling kunnen toelichten. Ook kunnen er getuigen of deskundigen worden opgeroepen. Ten slotte doet de arbitragecommissie, die bestaat uit één of drie arbiters, een bindende uitspraak die wordt vastgelegd bij de griffie van de rechtbank. De partijen zullen het echter niet altijd eens zijn met deze uitspraak. In dit blog zal worden uitgelegd wanneer een arbitraal vonnis vernietigd kan worden.

Juridisch kader

De arbitragerechtspraak is geregeld in het vierde boek van het Wetboek van Rechtsvordering (Rv). Daarnaast regelt het Verdrag van New York de internationale erkenning en tenuitvoerlegging van arbitrale vonnissen. Volgens dit verdrag kunnen rechtsmiddelen tegen een arbitraal vonnis slechts worden ingesteld bij het bevoegde gerecht van het land waarin de plaats van arbitrage gelegen was. Alleen als de arbitrageprocedure binnen Nederland heeft plaatsgevonden, kan het vonnis dus door de Nederlandse rechter worden vernietigd.

De mogelijke rechtsmiddelen tegen een arbitraal vonnis worden genoemd onder artikel 1064 Rv. Volgens dit artikel staan alleen vernietiging en herroeping open tegen een uitspraak van een arbitragecommissie. Herroeping van een vonnis is mogelijk in geval van bedrog, valse bescheiden en achtergehouden bescheiden. Wanneer een vonnis wordt herroepen, heeft dit dezelfde gevolgen als bij de vernietiging van een arbitraal vonnis. Dit zal in het navolgende in meer detail worden besproken. Een vordering tot vernietiging moet volgens artikel 1064a lid 1 Rv worden ingesteld bij het gerechtshof van het ressort waarin de plaats van arbitrage is gelegen. Tegen het oordeel van het gerechtshof staat ten slotte nog beroep is cassatie open, dat overigens door partijen contractueel mag worden uitgesloten.

Vernietiging van een arbitraal vonnis

Artikel 1057 lid 1 Rv noemt vijf verschillende gronden waarbij een beroep op vernietiging mogelijk is. De mogelijkheid tot vernietiging staat open in de volgende gevallen: een geldige overeenkomst tot arbitrage ontbreekt (sub a); het scheidsgerecht is in strijd met de daarvoor geldende regelen samengesteld (sub b); het scheidsgerecht heeft zich niet aan zijn opdracht gehouden (sub c); het vonnis is niet overeenkomstig het in artikel 1057 bepaalde ondertekend of niet met redenen omkleed (sub d); het vonnis, of de wijze waarop dit tot stand kwam, is in strijd met de openbare orde (sub e). Indien een beroep wordt gedaan op artikel 1057 lid 1 sub a Rv, dan is de civiele rechter bevoegd. In alle overige gevallen blijft de overeenkomst van arbitrage in beginsel van kracht en toetst de rechter in hoger beroep de vordering marginaal. Blijft de arbitrageovereenkomst van kracht, dan zullen nieuwe geschillen over het scheidsgerecht opnieuw door middel van arbitrage worden afgedaan.

Termijnstelling voor vernietiging

Voor het instellen van een vordering tot vernietiging van het arbitraal vonnis geldt de gebruikelijke termijn van deze Afdeling van het Wetboek van Rechtsvordering van drie maanden. Deze termijn begint te lopen ofwel na de dag van de verzending van de uitspraak aan de partijen, ofwel na de dag waarop het vonnis bij de griffie van de bevoegde rechtbank is gedeponeerd. Na deze periode vervalt voor beide partijen de mogelijkheid om een vordering tot vernietiging in te stellen. Indien het vonnis, voorzien van een verlof tot tenuitvoerlegging, wordt betekend aan de wederpartij, dan kan deze partij alsnog binnen drie maanden na deze betekening een vordering tot vernietiging instellen.

Ter afsluiting

Door de vernietiging van het vonnis wordt de tenuitvoerlegging van het arbitrale vonnis echter niet geschorst op grond van artikel 1066 Rv. Wel kan deze schorsing worden verzocht bij de rechter die over de vernietiging oordeelt. In dit geval wordt de tenuitvoerlegging van het arbitraal vonnis geschorst totdat over de vordering tot vernietiging onherroepelijk is beslist. De rechter kan een vordering tot vernietiging van het arbitrale vonnis enkel toe- of afwijzen. Indien het vonnis is vernietigd vanwege het ontbreken van een geldige overeenkomst tot arbitrage, blijft de civiele rechter bevoegd. Voor de overige gronden tot vernietiging geldt dat de procedure opnieuw voor de arbitragecommissie moet worden hervat, tenzij partijen anders zijn overeengekomen. De toetsing van de Nederlandse rechter ziet daarom in veel gevallen vooral op de procedurele aspecten van de arbitrage en de bevoegdheid van het scheidingsgerecht.