Behoefte en draagkracht

Welke normen worden gehanteerd als de alimentatieplichtige buiten Nederland woont?

Voor de bepaling van de door de alimentatieplichtige te betalen kinderalimentatie wordt allereerst gekeken naar de behoefte van het kind en daarna naar de draagkracht van beide ouders. Sinds 1 april 2013 wordt de draagkracht van de ouders volgens vaste normen (forfaitair) vastgesteld. In de formule die wordt gehanteerd wordt als woonlast meegenomen 30 % van het netto besteedbaar maandinkomen. Voor de overige lasten wordt € 860,- als vast bedrag gehanteerd. Maar hoe zit het nu als één van de ouders in een land buiten Nederland woont waar de kosten van levensonderhoud lager liggen. Deze vraag lag voor bij het gerechtshof Amsterdam (20 mei 2014, ECLI:GHAMS:2014:2092).

De man en de vrouw zijn sinds 2012 gescheiden. Bij de echtscheidingsbeschikking is de door de man te betalen kinderalimentatie bepaald op € 69,- per maand. De vrouw vraagt wijziging van dit bedrag bij de rechtbank. De rechtbank stelt de bijdrage voor het kind vast op € 250,- per maand en voor de vrouw op € 216,- per maand. De man gaat in hoger beroep. Hij stelt dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat hij draagkracht heeft om voornoemde bedragen te betalen.

De man woont sinds 2012 in Marokko met zijn nieuwe echtgenote. Hij ontvangt een WAO-uitkering. Hij stelt dat hij, gelet op de hoogte van zijn WAO-uitkering en het feit dat hij in Marokko zijn echtgenote moet onderhouden, onder bijstandsniveau leeft. De man is van mening dat rekening moet worden gehouden met de bijstandsnormen op Nederlands niveau. Het gerechtshof volgt hem niet in zijn betoog. Het gerechtshof is van oordeel dat voor de bepaling van de draagkracht aansluiting moet worden gezocht bij de criteria uit de Wet Woonlandbeginsel. In deze wet is bepaald dat de hoogte van de uitkering wordt aangepast aan de kosten van het levensonderhoud van het land waar de uitkeringsgerechtigde woont. Blijkens deze wet wordt ervan uit gegaan dat de kosten van levensonderhoud in Marokko 40 % lager zijn dan in Nederland. Ook het gerechtshof gaat bij het bepaling van de draagkracht van de man hiervan uit. Hierdoor concludeert het gerechtshof dat de man voldoende draagkracht heeft om de door de rechtbank vastgestelde kinder- en partneralimentatie te betalen.

Door: mr. Ingeborg Redert