Verzwijgen van een bankrekening bij verdeling van nalatenschap

In artikel 3:194 lid 2 Burgerlijk Wetboek is opgenomen:
Een deelgenoot die opzettelijk tot de gemeenschap behorende goederen verzwijgt, zoek maakt of verborgen houdt, verbeurt zijn aandeel in die goederen aan de andere deelgenoten.

Dit artikel kwam ter sprake in een uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 28 oktober 2015 (ECLI:NL:RBOBR:2015:6226). Moeder is overleden en heeft haar 3 kinderen als haar erfgenamen achter gelaten, ieder voor een derde deel. Twee erfgenamen hebben de derde erfgenaam bewust niet geïnformeerd over het bestaan van een aantal bankrekeningen in België. Het is de rechtbank gebleken dat het de bedoeling van deze twee erfgenamen was om de derde erfgenaam niet te laten meedelen in het saldo van deze bankrekening. Uiteindelijk zijn de twee erfgenamen, toen de derde erfgenaam zelf het bestaan van de bankrekeningen en het saldo had achterhaald en aanspraak maakte op zijn aandeel daarin, tot uitbetaling aan de derde erfgenaam overgegaan. Desondanks oordeelt de rechtbank dat aan de voorwaarden van artikel 3:194 lid 2 BW is voldaan. De twee erfgenamen hebben hun aandeel in de verzwegen bankrekeningen verbeurd. De twee erfgenamen moeten aan dus de derde erfgenaam het aandeel dat zij eerder uit de nalatenschap hadden ontvangen (ieder dus een derde deel) aan de derde erfgenaam betalen. Kortom, de derde erfgenaam heeft uiteindelijk, samen met zijn eigen aandeel, het gehele saldo van de verzwegen bankrekeningen ontvangen.

Door: mr. Ingeborg Redert