Bevoegdheid rechter ingevolge EEX

Bevoegdheid rechter ingevolge EEX

De hoofdregel van de EEX-verordening (ook: Brussel Ibis-verordening) is neergelegd in artikel 4 en luidt, kort gezegd, dat de rechter in de lidstaat waar de gedaagde is gevestigd, bevoegd is kennis te nemen van de vordering.

Op grond van het bepaalde in artikel 25 van de EEX-verordening kunnen partijen door middel van een zogenaamd forumkeuzebeding een andere rechter bevoegd verklaren, terwijl artikel 7 van de EEX-verordening bijzondere, alternatieve bevoegdheidsgronden geeft op grond waarvan een persoon met woonplaats in een EEX-staat kan worden opgeroepen voor de rechter in een andere EEX-staat.

De bijzondere bevoegdheidsregels van artikel 7 EEX vormen een uitzondering op de hoofdregel van artikel 4. Deze regels moeten daarom restrictief worden uitgelegd.

Indien het gaat om verbintenissen uit overeenkomst als bedoeld in artikel 7 lid 1 onder a. wordt daarin bevoegd verklaard het gerecht van de plaats waar de verbintenis die aan de eis ten grondslag ligt, is uitgevoerd of moest worden uitgevoerd. Die plaats wordt onder b van dat artikellid bij (ver)koop van roerende lichamelijke zaken, gedefinieerd als de plaats in een lidstaat waar de zaken volgens de overeenkomst geleverd werden of geleverd hadden moeten worden.

Op grond van het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: HvJ) van 25 februari 2010 nr. C-381/08 inzake Car Trim GmbH/KeySafety Systems Srl (hierna: het Car Trim arrest) dient allereerst vastgesteld te worden of de plaats van levering, zonder dat het op de overeenkomst toepasselijke materiële recht wordt toegepast, uit de bepalingen van de overeenkomst naar voren komt. Als dat het geval is wordt deze plaats als plaats van uitvoering van de verbintenis in de zin van artikel 7 EEX-verordening beschouwd.

Op grond van het arrest van het HvJ van 9 juni 2011 nr. C-87/10 inzake Electrosteel Europe SA tegen Edil Centro SpA (hierna: het arrest Electrosteel) moet de nationale rechter bij de bepaling van de plaats van levering in de zin van artikel 7 lid 1 onder b (eerste streepje), van de EEX-verordening alle relevante voorwaarden en clausules van de overeenkomst in de beschouwing betrekken, met inbegrip van de voorwaarden en clausules die algemeen erkend zijn en door de internationale handel zijn ontwikkeld, zoals de Incoterms, indien zij van dien aard zijn dat deze plaats op basis daarvan duidelijk kan worden bepaald.