Vereniging van Eigenaren VVE – vernietiging besluit

De kern van het geschil dat hier centraal staat betreft de vraag of gedaagde gehouden is de afrekening stookkosten 2006/2007 ten bedrage van € 4.832,– te voldoen. Blijkens de notulen heeft de bestuurder van de VVE in de vergadering de eigenaars erop geattendeerd dat zij tegen het besluit van 17 april 2008 bij de kantonrechter bezwaar kon maken. Gedaagde is in de vergadering van 17 april 2008 aanwezig geweest en heeft kennis genomen van het besluit. Op grond van het bepaalde in artikel 5:130 BW kan een eigenaar een verzoek tot vernietiging van een hem niet welgevallig besluit indienen binnen een maand na de dag waarop de verzoeker van het besluit heeft kennisgenomen of heeft kunnen kennis nemen. De op besluiten van verenigingen van eigenaars toepasselijke procedure van artikel 5:130 BW wijkt qua termijn waarbinnen de nietigheid van een besluit kan worden ingeroepen af van de algemene regeling voor de vernietiging van besluiten van artikel 2:15 BW. De kortere termijn van een maand is ingegeven door het belang dat de eigenaars hebben om zo spoedig mogelijk te weten of het besluit geldig is of niet. Heeft men deze termijn voorbij laten gaan dan kan in beginsel de nietigheid niet meer worden ingeroepen, ook niet bij wijze van verweer. Gedaagde erkent voorts, dat hij zich niet binnen de wettelijke termijn van artikel 5:130 BW tot de kantonrechter heeft gewend om het op 17 april 2008 genomen besluit te laten toetsen. De gevolgen van het besluit waren echter pas drie weken later voor hem kenbaar, om de simpele reden dat toen pas de eindafrekeningen in zijn bezit waren. Ter comparitie heeft gedaagde zijn verweer aldus nader geduid dat hij hieraan ten grondslag heeft gelegd dat het besluit waarop de afrekening gebaseerd is vernietigd moet worden, omdat instandlating van het besluit naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. De rechtbank volgt  Gedaagde] niet in zijn stelling en de argumentatie hiervoor. Ten eerste is de reden die hij opgeeft voor het laten verstrijken van de termijn feitelijk onjuist. De afrekening stookkosten waar het om gaat, dateert van 1 december 2007 en deze was dus al geruime tijd in zijn bezit toen het onderwerp aan de orde kwam op de vergadering van 17 april 2008. Het onderwerp kwam op bedoelde vergadering ook juist aan de orde doordat diverse eigenaars, waaronder [gedaagde], een extreem hoge afrekening hadden ontvangen. Niet valt dus in te zien aan welke gegevens het [gedaagde] ontbrak om, nadat de bestuurder hem uitdrukkelijk gewezen had op zijn beroepsmogelijkheid, het oordeel van de kantonrechter te vragen. Voorts geldt dat ten tijde van die vergadering ook voor de overige eigenaars de financiële gevolgen voor de door het nieuwe systeem benadeelde eigenaars bekend waren, zodat zij hiermee rekening hebben kunnen houden bij het nemen van hun besluit. De enkele omstandigheid tot slot dat een meerderheid van de eigenaars, die niet door het nieuwe systeem benadeeld werd, een voor een minderheid, waaronder [gedaagde], onwelgevallig besluit heeft genomen is inherent aan het democratische karakter van een vereniging en kan dan ook niet als misbruik van meerderheidsmacht worden bestempeld. Ook hierop kan dan ook niet de door [gedaagde] betoogde onaanvaardbaarheid worden gegrond. Omdat het verweer van [gedaagde] geen doel treft heeft de rechter het bij besluit van 17 april 2008 definitief geworden bedrag aan afrekening stookkosten 2006/2007 ad € 4.832,–  toegewezen(bron: www.rechtspraak.nl / LJN: BL4426, Rechtbank Rotterdam).

Mocht u als vereniging van eigenaren vragen hebben kunt u altijd kosteloos contact opnemen met onze advocaten. Bel ons nu op 030 252 35 20 of – tot 22.00 uur – op 030 252 35 20. Daarvoor brengen wij u vanzelfsprekend geen kosten in rekening. Eerste telefonisch advies altijd kosteloos.