Schade aan woning door gemeente vergoed?

Deze zaak draait om het volgende. Twee omwonenden van een supermarkt eisen schadevergoeding van de gemeente vanwege trillingschade aan hun woning. Deze schade zou bestaan uit scheuren in de muren van de panden en zou zijn ontstaan door het zwaar vrachtverkeer dat dagelijks in de straat passeert in verband met de bevoorrading van de supermarkt. Verder eisen de omwonenden dat de gemeente – ter voorkoming van verdere schade – wordt veroordeeld om zodanige verkeersbeperkende maatregelen te nemen dat het voor vrachtverkeer, behoudens hulpdiensten, niet meer mogelijk is om de betreffende straat in te rijden.

De eerste vordering komt hierop neer, dat de omwonenden willen dat de rechter de gemeente de plicht op legt om voor de schadeveroorzakende straat een uitrijverbod voor vrachtverkeer in te stellen. Het initiatief tot het nemen van een verkeersbesluit berust meestal bij de wegbeheerder – de overheid – maar een burger kan ook zelf een verzoek indienen tot het nemen van een verkeersbesluit. Tegen afwijzing van een dergelijk verzoek, of tegen de weigering om een zodanig besluit te nemen staat eerst bezwaar en vervolgens beroep open bij de bestuursrechter.

De gemeente verweert zich – onder meer – met de stelling dat de vordering verjaard is. Bij een vordering tot schadevergoeding geldt dat een vordering verjaart vijf jaar nadat de rechthebbende weet heeft van (a) het schadetoebrengende feit en (b) de aansprakelijke persoon. Bij onbekendheid daarmee, verjaart de vordering 20 jaar nadat hij ontstaan is.

In deze zaak was de schade ontstaan op verschillende momenten. Steeds als er verkeer op de weg was ontstond een deel van de schade. Bovendien geldt dat als een aansprakelijkheidsstelling is verstuurd de verjaringstermijn kan worden gestuit  in dat in deze zaak had plaatsgevonden op 9 april 2008. Ten slotte is in deze zaak van belang, dat de gemeente onvoldoende had onderbouwd dat de omwonenden meteen na het ontstaan van de schade weet hadden van zowel de schade als de aansprakelijke persoon en dat de vordering dientengevolge is verjaard. In geval is de schade, voor zover de schadeveroorzakende gebeurtenissen na 1988 lagen, nog niet verjaard.

Vervolgens is de vraag aan de orde of de straat voldoet en voldeed aan de eisen die men daaraan in de gegeven omstandigheden mag geven.

Of een opstal voldoet aan die eisen hangt af van de deugdelijkheid van die opstal (naar objectieve maatstaven, gelet op het te verwachten gebruik met het oog op voorkoming van gevaar) en het hangt er van af of onderhoud en veiligheidsmaatregelen mogelijk en redelijkerwijs te vergen zijn.

Volgens de omwonenden voldoet de straat niet aan de eisen die men daaraan in de gegevenomstandigheden mag stellen omdat deze niet geschikt is en niet geschikt was voor vrachtverkeer.

Of dit zo is moet aan de hand van een deskundigenbericht vastgesteld worden.

In deze zaak werd daartoe door de rechtbank een deskundige benoemd. Indien de deskundige concludeert dat de straat niet aan de eisen voldoet staat de schadevergoedingsplicht van de gemeente vast, zo niet dan uiteraard niet. Bron: www.rechtspraak.nl LJN:BU8786

Hebt u met betrekking tot het hier besproken onderwerp behoefte aan direct advies of bijstand, dan kunt u altijd direct en kosteloos contact opnemen met ons advocatenkantoor. Dit gaat snel en u krijgt direct een van onze overeenkomstenrecht advocaten aan de telefoon. Bel ons nu op 030 252 35 20. Een eerste telefonisch advies is altijd kosteloos.