Bouwtijdverlenging onder de UAV

Bouwtijdverlenging onder de UAV

Wegens de aanhoudende woningnood in Nederland worden er in veel gebieden op grote schaal woningen gebouwd. Om te verzekeren dat dit goed verloopt is het belangrijk om duidelijke afspraken te maken. Hiertoe worden aannemingsovereenkomsten gesloten, met daarin bedingen over onder meer het af te leveren product, de aanneemsom en de bouwtijd. De bouwtijd is de termijn waarin het bouwwerk gemaakt en afgeleverd moet worden en wordt veelal uitgedrukt in een aantal werkbare dagen of een specifieke datum voor oplevering. Er zijn echter (overmachts) situaties denkbaar waarin de aannemer het gebouw niet binnen de afgesproken termijn kan afleveren. Denk bijvoorbeeld aan de coronacrisis. Personeel viel uit wegens ziekte, bouwstoffen waren schaars waardoor de kosten omhoog gingen of konden in z’n geheel niet geleverd worden. Welke mogelijkheden bestaan er dan om, in afwijking van de aannemingsovereenkomst, de bouwtijd te verlengen?

Overmacht

Als de aannemer later oplevert dan is afgesproken in de aannemingsovereenkomst is het de vraag of deze tekortkoming in de nakoming aan de aannemer toegerekend kan worden. Dit is niet het geval wanneer deze tekortkoming niet aan diens schuld te wijten is, en tevens niet krachtens de wet, rechtshandeling of in het verkeer geldende opvattingen voor diens rekening komt. In dat geval is er sprake van ‘overmacht’. De wet bevat echter geen specifieke bepaling over het recht op bouwtijdverlenging van de aannemer in geval van overmacht. Deze leemte in de wet wordt veelal opgevuld door de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (hierna: UAV 2012), dit zijn algemene voorwaarden die in de bouw veel voorkomen.

Bouwtijdverlenging onder de UAV

Indien in de aannemingsovereenkomst de bouwtijd uitgedrukt is in werkbare dagen, dan is paragraaf 8 lid 2 UAV 2012 van belang. Hierin wordt een dag als ‘onwerkbaar’ beschouwd ‘wanneer daarop door omstandigheden buiten de aansprakelijkheid van de aannemer gedurende ten minste vijf uren, respectievelijk ten minste twee uren, door het grootste deel van de arbeiders of machines niet kon worden gewerkt.’ Indien wegens overmacht niet gewerkt kan worden, is er geen sprake van een werkbare dag waardoor het niet ten koste van het aantal werkbare dagen gaat. Een bouwtijdverlenging is in dat geval aan de orde.

Indien de bouwtijd daarentegen uitgedrukt is in een vaste opleverdatum of een vast aantal kalenderdagen is lid 5 van diezelfde bepaling van toepassing. Wanneer in dat geval sprake is van overmacht heeft de aannemer recht op een termijnverlenging. Deze termijn kan enkel door de opdrachtgever verlengd worden, uit eigen beweging, dan wel op verzoek van de aannemer. Dit dient een schriftelijk verzoek te zijn waarin, zo blijkt uit de rechtspraak, duidelijk onderbouwd wordt welke niet voor diens rekening komende vertraging oorzaken van de aannemer hebben geleid tot welke concrete niet door haar te vermijden vertragingen. Bovendien dient dit verzoek uiterlijk veertien dagen voorafgaande aan het verstrijken van de afgesproken termijn bij de opdrachtgever bezorgd is.

Indien dit verzoek gehonoreerd wordt, heeft dit tot gevolg dat er op grond van paragraaf 42 lid 3 UAV 2012 geen korting opgelegd wordt voor de dagen waarop de bouw door overmacht is vertraagd. Mocht het verzoek onverhoopt niet ongewild worden, dan zal dit tot een overschrijding van de bouwtermijn leiden. In dat geval kan een korting gevorderd worden, en kan de overeenkomst (gedeeltelijk) ontbonden worden wegens tekortkoming in de nakoming.