Ontslag vanwege een verslaving

Ontslag vanwege alcohol- of drugsverslaving

Recentelijk zijn er verschillende uitspraken verschenen die betrekking hebben op de vraag of een werknemer die vanwege alcohol- of drugsproblemen, die gevolgen hebben voor het werk dat moet worden verricht, zondermeer kunnen worden ontslagen.

Allereerst moet worden vastgesteld of er sprake is van een verslaving, dan wel van incidenten en de desbetreffende werknemer anders had kunnen en moeten handelen. Indien er namelijk sprake is van een verslaving, of een vermoeden van een verslaving, dan wel een noodzakelijkerwijs af te leiden vermoeden van verslaving, dan kan deze verslaving als een ziekte worden gekwalificeerd die aan toewijzing van een ontbindingsverzoek in de weg kan staan. Dit in verband met de zogeheten reflexwerking van het opzegverbod tijdens ziekte.

Van een werkgever mag worden verwacht dat hij alle zorg en aandacht besteedt om deze problematiek in kaart te laten brengen. Daarbij kan hij de werknemer instrueren zich te laten onderzoeken of begeleiden door een bedrijfsarts, verzoeken doen om van een verslaving af te komen en daar waar mogelijk ondersteuning bieden. Van belang is in ieder geval om in protocollen op te nemen dat alcohol of drugsgebruik niet wordt getolereerd; dat hulp of ondersteuning wordt geboden om hiervan af te komen, of deze te bespreken met een vertrouwenspersoon dan wel de bedrijfsarts. Verder is het goed om duidelijke sancties op te nemen indien werknemers deze regels terzijde schuiven, in het bijzonder indien de aard van de werkzaamheden met zich brengt dat de veiligheid voor hem of haar, of voor anderen in gevaar kan komen.

Indien de werknemer niet genegen zou zijn om zich te laten controleren door een bedrijfsarts, dan kan hem dat niet worden opgelegd (het privéleven en de persoonlijke levenssfeer moet worden gerespecteerd), maar wel worden tegengeworpen in een eventuele procedure. Zo ook indien hij andere ondersteuning of begeleiding van de hand wijst. Dit geldt temeer indien dit wordt gedaan in het kader van het meewerken aan een re-integratie, of terugkeer. Indien de werknemer dit vanwege ongegronde redenen of onduidelijke redenen weigert, dan kan worden betoogd dat de reflexwerking van het ontbindingsverzoek tijdens ziekte terzijde moet worden geschoven.